Hoe ondersteun je volwassenen in hun leerproces? Op welke manier kunnen e-learning en simulator bijdragen aan de effectiviteit van het lesprogramma? Dit soort uitdagingen leven niet alleen bij NNVO, maar bijvoorbeeld ook bij ProRail. Afgelopen voorjaar waren de opleiders van de treinverkeersleiding bij NVVO op bezoek. Onlangs werden de rollen omgedraaid en mochten wij een kijkje nemen bij ProRail in Utrecht.
Nautisch verkeersleiders en treinverkeersleiders hebben best veel met elkaar gemeen. Ze leiden allebei het verkeer in goede banen en grijpen in bij incidenten. Veiligheid en een vlotte doorstroming staan hierbij voorop. Net zoals de vaarwegen is het spoornetwerk drukbezet en gaat het werk 24 uur per dag, zeven dagen per week door. Ook werken beide operators vanuit centrales die verdeeld zijn over het land.
Gelaagdheid in organisatie
Een verschil is dat voor het spoornetwerk een gelaagdheid in begeleiding en organisatie is aangebracht. Zo overziet een treindienstleider een bepaalde lijn of stuk van het spoor. Aanvullend valt dit gebied onder een regio en deze regio wordt ook overzien door een verkeersleider. Deze regio-verkeersleider overziet de grotere toe- en afstroom van het treinverkeer. Want als bijvoorbeeld het spoor van Utrecht naar Amsterdam uitvalt, heeft dat (natuurlijk) gevolgen voor alle treinen elders in het land die onderweg zijn naar dat spoor. In het vaarwegbeheer is deze afhankelijkheid minder direct en daarmee anders geregeld.
Simulaties
Binnen de opleiding zijn er uiteraard ook verschillen. Wat de NNVO’ers tijdens het bezoek vooral opviel, is dat ProRail meerdere sporen en daarmee cursisten, aan elkaar kan verbinden in één simulatie. Hierdoor kunnen (moeten) cursisten met elkaar communiceren als zijnde buurposten. Dat is iets wat op dit moment in de simulaties voor nautisch verkeersleiders nog een toekomstdroom is.
Vergelijkbare uitdagingen
Tijdens het bezoek van NNVO aan ProRail was het leuk en interessant te ontdekken dat beide organisaties vergelijkbare uitdagingen hebben. Onderwerpen die voorbijkwamen, waren bijvoorbeeld: over welke kwaliteiten moet een operator beschikken om te kunnen starten aan de opleiding? Hoe ondersteun je volwassenen in hun leerproces? Op welke manier kunnen e-learning en simulator bijdragen aan de effectiviteit van het lesprogramma? De twee opleiders hebben hierbij hun kennis en ervaringen uitgewisseld, wat het tot een geslaagd bezoek maakte.
